De termen dominantie-positie en de mens als alfa-leider over paarden zijn tegenwoordig gemeengoed geworden in paardenminnend Nederland. Maar is deze gedachtegang wel passend? Hebben paarden een mens als alfa nodig? En gaat er niet iets mis in de eerlijke en correcte training van een paard wanneer je als eigenaar kuddeleider meent te moeten zijn? Helaas kom ik het vaak tegen; eigenaren met dergelijke opvattingen over respect, dominantie leidersfiguren. Ik merk dat dit van meerdere kanten voor teleurstellingen zorgt. Het schept verwachtingen bij paarden die ze niet kunnen vervullen en rechtvaardigt zelfs straf wanneer paarden niet reageren zoals de eigenaar dan verwacht.
Dat ik niet de enige ben die zich druk maakt over de mens als alfa-leider over paarden, laat het artikel zien van mijn Canadese collega Antonia Henderson op Horse Sport. De termen dominantie-positie en alfa leider zijn grotendeels afkomstig uit de Natural Horsemanship. Natural Horsemanship is gebaseerd op het uitgangspunt dat de sociale organisatie van paarden een gestructureerde rangorde volgt, en dat we een dominante leiderschapsrol moeten spelen om onze paarden succesvol te trainen. En daar gaat het mis. Als gedragstherapeut en etholoog weet ik namelijk dat deze perceptie van de kuddeorganisatie zelden zo simplistisch in elkaar steekt.
Hoe leven paarden in kuddeverband?
Paarden die in natuurlijke kuddes leven vormen vaak eerder bilaterale hiërarchieën op basis van bepaalde bronnen en situaties, in plaats van vast te houden aan een vaste hiërarchie met een onveranderlijke kuddepositie van elk lid. Uit wetenschappelijk onderzoek is naar voren gekomen dat rang ook niet per se een voorspeller is van wie een bepaalde hulpbron zal winnen, aangezien het resultaat afhangt van een groot aantal factoren, waaronder de waarde van de hulpbron, de motivatie om deze te verwerven en de kosten om deze te verwerven. Hoe essentieel is dan de rol van leiderschap wel?
De literatuur over het gedrag van wilde paarden en gedomesticeerde paarden die in natuurlijke omstandigheden leven, suggereert dat leiderschap wellicht niet eens bijzonder relevant is voor het leven van paarden. in 2015 onderzochten Bourjade en collega’s bijvoorbeeld leiderschapsgedrag bij Przewalski-paarden en ontdekten dat er niet één consistent individu was dat zich in alle situaties als leider kwalificeerde.
Zien paarden mensen als hun leiders?
Dus leiderschap an sich is een niet vaststaand iets binnen de natuurlijke paardenwereld. Maar hoe zit dat dan met de mens in contact met een paard? Moet je nu wel of niet een dominantie-positie innemen over je paard? Moet de mens een alfa-leider over paarden zijn?
Stel dat we stellen dat paarden in het wild wèl een onveranderlijke paardenhiërarchie zouden hebben, dan nog is er geen bewijs dat dit ook zo is voor de relatie tussen mens en paard. Mensen zijn immers geen paarden en alleen daarom al reageren paarden niet op mensen zoals ze dat wel op andere paarden zouden doen. Was het maar zo makkelijk en één op één overdraagbaar! Volgens meerdere toonaangevende wetenschappers is dit een verleidelijke maar simplistische benadering, die de complexiteit van de interacties tussen paard en paard en hun specifieke context ontkent. Daarnaast is er ook geen wetenschappelijk bewijs dat paarden mensen zien als onderdeel van hun sociale systeem.
Hebben ideeën over dominantie positie en de mens als alfa-leider over paarden een negatief effect op paardenwelzijn?
Deze kunnen dat wel degelijk hebben. In veel Natural Horsemanship methodes wordt uitvoerig gebruik gemaakt van negatieve bekrachtiging. Mits goed uitgevoerd, is dit geen enkel probleem. Maar met een onhandige trainer, een slechte timing of tekortschietende kennis van de leertheorie kun je juist angstreacties bewerkstellingen door methodes als bijvoorbeeld de Round Pen methode van Monty Roberts. En bij paarden werkt het evolutionair gezien zo dat angstreacties geleerd kunnen worden door of bij één enkel incident. De reacties kunnen vervolgens generaliseren over meerdere contexten heen en uiteindelijk het leren van het paard zelfs belemmeren. Om deze reden waarschuwt de International Society of Equitation Science in haar standpunt over dominantie en onderwerping dat het van het grootste belang is om paarden op een lage drempel van opwinding te houden in alle facetten van training.
Wat daarnaast een groot risico is van dergelijke overtuigingen en daarmee samenhangende trainingsmethodes is dat het, bij aanhoudende druk of herhaalde blootstelling, zelfs een vorm van aangeleerde hulpeloosheid kan bewerkstellingen waarbij het paard zich deels gaat afsluiten in reactie.
Leertheorie in plaats van de mens als alfa-leider over paarden
Subjectieve doelen om kuddeleider te worden of respect te verwerven zijn aantoonbaar nauwelijks haalbaar, ze stellen verwachtingen aan paarden die de paarden niet kunnen vervullen en rechtvaardigen vaak zelfs bestraffende consequenties wanneer paarden niet reageren zoals verwacht.
Gaat je training niet goed? Dan ligt dat eerder aan een verkeerd toepassen van de leertheorie in de training dan aan tekortkomingen van het karakter van het paard en een verstoorde dominantieverhouding tussen jou en je paard. Alleen met die wetenschap kom je echt verder in de training en daarmee juist ook in het contact met je paard. Wanneer je kennis hebt van zaken en van natuurlijk paardengedrag, leg je bij training juist de taak bij jezelf in plaats van bij je paard om te verduidelijken wat gewenst is, door middel van degelijke, systematische en duidelijk meetbare leerprincipes. Daarmee krijg je pas echt een eerlijke training die eer doet aan paardenwelzijn en natuurlijk paardengedrag. En dat is waar het echt om zou moeten draaien.
Wil je meer weten hoe je leertheorie inzet in een eerlijke training van je paard? Of loop je ergens tegen aan in de training? Neem dan gerust eens contact op!
Wil je meer weten over leertheorie op zich? Kijk dan eens op de site van Equitation Science!